22 jaar STCV

Hoe het allemaal begon …

STCV. Bibliografie van het handgedrukte boek zag het levenslicht in het jaar 2000. Aanvankelijk beoogde het project een retrospectieve bibliografie van de Vlaamse boekproductie in de zeventiende en achttiende eeuw tot stand te brengen. Dankzij subsidies van het Max Wildiers-fonds (FWO Vlaanderen) en de Nederlandse Taalunie kon een eerste projectfase van vier jaar worden aangevat. Aangezien op dat moment in Nederland al meer dan twee decennia gewerkt werd aan de Short Title Catalogue Netherlands (STCN) was de keuze voor de STCN-aanpak als model voor het Vlaamse zusterproject vanzelfsprekend. Twee STCV-projectmedewerkers kregen een opleiding in de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag. Ze namen vervolgens de STCN-methode zoveel mogelijk over, zowel op het vlak van de bibliografische beschrijvingsregels als wat de praktische aanpak van het beschrijvingswerk betreft. Ook werd het model aangepast aan de technologische infrastructuur die in 2000 mogelijk was. Omdat in die eerste fase de tijd beperkt was, focusten zij op een duidelijk afgebakend deel van de bewaarde edities. In een zestal collecties beschreven zij Nederlandstalige drukken uit de zeventiende eeuw.

Het eerste decennium

Begin 2004 volgde een korte overgangsperiode waarin gezocht werd naar nieuwe financieringsbronnen. Na enkele maanden keurde de Vlaamse Gemeenschap een aanvraag voor verdere projectondersteuning goed. De STCV-werking kon hierdoor gedurende drie jaar voortgezet worden, waardoor de bibliografie van de zeventiende-eeuwse boekproductie verder aangevuld kon worden met de beschrijving van niet-Nederlandstalige drukken uit een viertal erfgoedcollecties.

In 2007 begon opnieuw een zoektocht naar projectmiddelen. De Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience loste de Universiteit Antwerpen af als onthaalinstelling. De Vlaamse Gemeenschap was bereid om verder financiële steun te verlenen. In de daaropvolgende twee projectjaren werden de selectiecriteria verder verruimd. Zo werden alle Vlaamse drukken uit de periode vóór 1801 die worden bewaard in de stedelijke historische boekencollectie van de stad Mechelen en in de historische collecties van de Universiteit Antwerpen beschreven. In de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience werd de beschrijving van het zeventiende-eeuwse drukwerk verder afgewerkt.

Na tien jaar was de STCV-databank uitgegroeid tot een belangrijk referentiewerk voor de vroegmoderne Vlaamse (of Zuid-Nederlandse) boekgeschiedenis. In september 2009 bevatte de databank al ruim 11.000 editiebeschrijvingen. Sinds datzelfde jaar valt STCV onder het beheer van de Vlaamse Erfgoedbibliotheken vzw. De projectleider en -medewerkers maken vanaf dan ook deel uit van het personeel van de vzw.

Tweesporenstrategie

De jaren die daarop volgden, bleef de kernopdracht van het project ongewijzigd. De databank groeide verder aan tot een zo volledig mogelijk overzicht van de Vlaamse boekproductie vóór 1801. Om dit te verwezenlijken ontwikkelden we een tweesporenstrategie, die we vandaag de dag nog steeds toepassen.

Het eerste spoor richt zich op de systematische verwerking van de collecties van de zes partnerbibliotheken in de STCV-databank. Tussen 2000 en 2009 gingen STCV-projectmedewerkers al aan de slag in verschillende collecties van deze bibliotheken. De historische collecties van de Universiteit Antwerpen zijn zo al volledig verwerkt in de databank. De verwerking van de zeventiende-eeuwse drukken van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience en de Universiteitsbibliotheek Gent is (zo goed als) voltooid en ook in KU Leuven Bibliotheken voerden we de collectie zeventiende-eeuwse drukken stelselmatig in. 

Omdat we de vroegmoderne boekdrukkunst in de Zuidelijke Nederlanden zo volledig mogelijk in kaart wil brengen, registreren we daarnaast projectmatig collecties oude drukken in talrijke andere Vlaamse erfgoedinstellingen. Door dit tweede spoor werkt de Vlaamse Erfgoedbibliotheken vzw actief aan de verdere ontsluiting van het Vlaamse gedrukte erfgoed in STCV en deelt ze daarbij graag haar kennis en ervaring van 22 jaar STCV-werking. Dat leverde al mooie resultaten op. Zo verwerkten we collecties van het DIVA – Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant, het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen, de Plantentuin van Meise, en het Begijnhofmuseum van Turnhout. Ook de historische boekencollecties van de stedelijke archieven in Leuven, Mechelen, Oudenaarde, Turnhout en – sinds dit jaar – Lier kregen hun plaats in de bibliografische databank. 

Een overzicht van de diverse collecties die tot nu toe al (deels) werden verwerkt in de databank, kan je hier terugvinden.

De schildpad slaat haar vleugels uit

Ook in 2022 gaat het registratiewerk in STCV vol overtuiging verder. Het logo en bijbehorende motto van de gevleugelde schildpad kenmerkt ondertussen al 22 jaar de bibliografische databank: traag, maar gestaag.  Er is dan wel nog veel werk voor de boeg, de beschrijving van de Vlaamse boekproductie vóór 1801 vordert systematisch. Zo bevatte de databank in april 2022 al ruim 26.900 editiebeschrijvingen, gebaseerd op de autopsie van meer dan 52.800 exemplaren uit verschillende binnen- en buitenlandse collecties.

Eind 2021 is de registratie van het zestiende-eeuwse drukwerk in de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience definitief van start gegaan. Dankzij  een subsidie van de Vlaamse overheid voor het tweejarige project IMPRESSVM. De wieg van de Vlaamse boekdrukkunst kunnen we nu ook vijftiende eeuwse drukwerk beschrijven in STCV. Dit project tracht namelijk in samenwerking met diverse collectiebeherende instellingen alle in Vlaanderen gedrukte incunabelen of wiegendrukken in kaart te brengen in zowel binnen- als buitenland. Daarbij maken we gebruik van een  toegepast beschrijvingsmodel dat schatplichtig is aan de STCV-methode. Dat vereist immers een specialistische aanpak: bij incunabelen ontbreken vaak de elementen waarop catalografen beroep doen bij collectieregistratie — titelpagina, auteursgegevens, impressum, katernsignaturen, paginering — waardoor gangbare beschrijvingsregels niet altijd bruikbaar zijn.

  • Dossierpagina
  • |
  • 26-05-2010