Het project STCV. De Vlaamse bibliografie van het handgedrukte boek werkt sinds 2000 aan een online databank [1] met uitgebreide bibliografische beschrijvingen van drukken die van de pers kwamen in steden in het huidige Vlaanderen vóór 1801. We doen hiervoor beroep op collecties in het binnen- en buitenland.
In dit STCV-dossier vind je niet alleen meer informatie over de geschiedenis en de toekomstplannen van het project, maar ook een ruime toelichting over de werking en de methode van STCV met een duidelijk overzicht van wat je op dit moment al in de databank kan terugvinden.
De databank bevat momenteel (1 maart 2023) 28.315 editiebeschrijvingen. Deze records zijn gebaseerd op de autopsie van 55.416 exemplaren uit verschillende belangrijke (Vlaamse) erfgoedcollecties.
Een overzicht van de Vlaamse collecties met exemplaren in de STCV [2] kan je in de Collectiewijzer Erfgoedbibliotheken [3] vinden.
STCV. Bibliografie van het handgedrukte boek zag het levenslicht in het jaar 2000. Aanvankelijk beoogde het project een retrospectieve bibliografie van de Vlaamse boekproductie in de zeventiende en achttiende eeuw tot stand te brengen. Dankzij subsidies van het Max Wildiers-fonds (FWO Vlaanderen) en de Nederlandse Taalunie kon een eerste projectfase van vier jaar worden aangevat. Aangezien op dat moment in Nederland al meer dan twee decennia gewerkt werd aan de Short Title Catalogue Netherlands [4] (STCN) was de keuze voor de STCN-aanpak als model voor het Vlaamse zusterproject vanzelfsprekend. Twee STCV-projectmedewerkers kregen een opleiding in de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag. Ze namen vervolgens de STCN-methode zoveel mogelijk over, zowel op het vlak van de bibliografische beschrijvingsregels als wat de praktische aanpak van het beschrijvingswerk betreft. Ook werd het model aangepast aan de technologische infrastructuur die in 2000 mogelijk was. Omdat in die eerste fase de tijd beperkt was, focusten zij op een duidelijk afgebakend deel van de bewaarde edities. In een zestal collecties beschreven zij Nederlandstalige drukken uit de zeventiende eeuw.
Begin 2004 volgde een korte overgangsperiode waarin gezocht werd naar nieuwe financieringsbronnen. Na enkele maanden keurde de Vlaamse Gemeenschap een aanvraag voor verdere projectondersteuning goed. De STCV-werking kon hierdoor gedurende drie jaar voortgezet worden, waardoor de bibliografie van de zeventiende-eeuwse boekproductie verder aangevuld kon worden met de beschrijving van niet-Nederlandstalige drukken uit een viertal erfgoedcollecties.
In 2007 begon opnieuw een zoektocht naar projectmiddelen. De Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience loste de Universiteit Antwerpen af als onthaalinstelling. De Vlaamse Gemeenschap was bereid om verder financiële steun te verlenen. In de daaropvolgende twee projectjaren werden de selectiecriteria verder verruimd. Zo werden alle Vlaamse drukken uit de periode vóór 1801 die worden bewaard in de stedelijke historische boekencollectie van de stad Mechelen en in de historische collecties van de Universiteit Antwerpen beschreven. In de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience werd de beschrijving van het zeventiende-eeuwse drukwerk verder afgewerkt.
Na tien jaar was de STCV-databank uitgegroeid tot een belangrijk referentiewerk voor de vroegmoderne Vlaamse (of Zuid-Nederlandse) boekgeschiedenis. In september 2009 bevatte de databank al ruim 11.000 editiebeschrijvingen. Sinds datzelfde jaar valt STCV onder het beheer van de Vlaamse Erfgoedbibliotheken vzw. De projectleider en -medewerkers maken vanaf dan ook deel uit van het personeel van de vzw.
De jaren die daarop volgden, bleef de kernopdracht van het project ongewijzigd. De databank groeide verder aan tot een zo volledig mogelijk overzicht van de Vlaamse boekproductie vóór 1801. Om dit te verwezenlijken ontwikkelden we een tweesporenstrategie, die we vandaag de dag nog steeds toepassen.
Het eerste spoor richt zich op de systematische verwerking van de collecties van de zes partnerbibliotheken in de STCV-databank. Tussen 2000 en 2009 gingen STCV-projectmedewerkers al aan de slag in verschillende collecties van deze bibliotheken. De historische collecties van de Universiteit Antwerpen zijn zo al volledig verwerkt in de databank. De verwerking van de zeventiende-eeuwse drukken van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience en de Universiteitsbibliotheek Gent is (zo goed als) voltooid en ook in KU Leuven Bibliotheken voerden we de collectie zeventiende-eeuwse drukken stelselmatig in.
Omdat we de vroegmoderne boekdrukkunst in de Zuidelijke Nederlanden zo volledig mogelijk in kaart wil brengen, registreren we daarnaast projectmatig collecties oude drukken in talrijke andere Vlaamse erfgoedinstellingen. Door dit tweede spoor werkt de Vlaamse Erfgoedbibliotheken vzw actief aan de verdere ontsluiting van het Vlaamse gedrukte erfgoed in STCV en deelt ze daarbij graag haar kennis en ervaring van 22 jaar STCV-werking. Dat leverde al mooie resultaten op. Zo verwerkten we collecties van het DIVA – Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant, het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen, de Plantentuin van Meise, en het Begijnhofmuseum van Turnhout. Ook de historische boekencollecties van de stedelijke archieven in Leuven, Mechelen, Oudenaarde, Turnhout en – sinds dit jaar – Lier kregen hun plaats in de bibliografische databank.
Een overzicht van de diverse collecties die tot nu toe al (deels) werden verwerkt in de databank, kan je hier [5] terugvinden.
Ook in 2022 gaat het registratiewerk in STCV vol overtuiging verder. Het logo en bijbehorende motto van de gevleugelde schildpad kenmerkt ondertussen al 22 jaar de bibliografische databank: traag, maar gestaag. Er is dan wel nog veel werk voor de boeg, de beschrijving van de Vlaamse boekproductie vóór 1801 vordert systematisch. Zo bevatte de databank in april 2022 al ruim 26.900 editiebeschrijvingen, gebaseerd op de autopsie van meer dan 52.800 exemplaren uit verschillende binnen- en buitenlandse collecties.
Eind 2021 is de registratie van het zestiende-eeuwse drukwerk in de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience definitief van start gegaan. Dankzij een subsidie van de Vlaamse overheid voor het tweejarige project IMPRESSVM. De wieg van de Vlaamse boekdrukkunst [6] kunnen we nu ook vijftiende eeuwse drukwerk beschrijven in STCV. Dit project tracht namelijk in samenwerking met diverse collectiebeherende instellingen alle in Vlaanderen gedrukte incunabelen of wiegendrukken in kaart te brengen in zowel binnen- als buitenland. Daarbij maken we gebruik van een toegepast beschrijvingsmodel dat schatplichtig is aan de STCV-methode. Dat vereist immers een specialistische aanpak: bij incunabelen ontbreken vaak de elementen waarop catalografen beroep doen bij collectieregistratie — titelpagina, auteursgegevens, impressum, katernsignaturen, paginering — waardoor gangbare beschrijvingsregels niet altijd bruikbaar zijn.
Tussen 2000 en 2009 gingen STCV-projectmedewerkers aan de slag in de collecties van verschillende partnerbibliotheken. De historische collecties van de Universiteit Antwerpen zijn al volledig verwerkt in de databank. De verwerking van de zeventiende-eeuwse drukken van de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience en de Universiteitsbibliotheek Gent is (zo goed als) afgewerkt en ook in de Universiteitsbibliotheek Leuven voerden we de collectie zeventiende-eeuwse drukken stelselmatig in. Tot en met 2023 zullen we hieraan systematisch verder werken. Daarvoor blijft de STCV-projectleider nauw samenwerken met de catalografen van de partnerbibliotheken. Zij vormen tijdelijke teams waarin de verschillende taken van de STCV-beschrijvingsprocedure [7] worden verdeeld.
Momenteel zijn we aan de slag in de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience, waar we de zestiende verder verwerken. Deze missing links in de STCV-databank zullen wij dus zo snel mogelijk wegwerken.
De collecties van de partnerbibliotheken bevatten een behoorlijk deel van het gedrukte Vlaamse erfgoed. Toch mogen we de talrijke andere grote en kleinere erfgoedbibliotheken in Vlaanderen niet vergeten. Deze instellingen bevatten enerzijds nog veel meer exemplaren en edities, zonder dewelke het STCV-project de doelstelling om een zo volledig mogelijke bibliografie van het handgedrukte boek in Vlaanderen samen te stellen onmogelijk kan waarmaken. Anderzijds zijn nogal wat Vlaamse erfgoedcollecties minder goed of zelfs helemaal niet ontsloten en ontbreken de middelen om de ontsluiting op eigen kracht te realiseren. Samenwerkingsprojecten bieden voordelen voor zowel de STCV als de deelnemende erfgoedbibliotheken. De STCV-databank groeit naar volledigheid door belangrijke delen van de Vlaamse erfgoedcollecties te ontsluiten. De voordelen voor de projectpartners kunnen als volgt kort samengevat worden.
Om een duidelijk kader te scheppen voor dergelijke samenwerkingsprojecten te scheppen, werkte de VEB een Vademecum voor een STCV-projectfase [8] uit. Het vademecum bevat een toelichting bij de noodzakelijke voorwaarden om een samenwerkingsproject te kunnen starten. Daarnaast worden ook de middelen opgelijst die door de Vlaamse Erfgoedbibliotheek en de externe partner in het project worden samengebracht. Het document bevat ook een overzicht van de verschillende stappen die in de voorbereiding en de uitvoering van een samenwerkingsproject genomen worden. Voor verdere informatie kan je je steeds richten tot stcv@vlaamse-erfgoedbibliotheek.be [9].
Sinds mei 2021 werkt STCV samen met Museum M (Leuven) voor de verwerking van een 505-tal Vlaamse drukken. De samenwerking maakt deel uit van een groter project dat Museum M uitwerkt om voor het eerst zijn diverse collectie gebonden grafiek (oude drukken, handschriften en prentenalbums) volgens een duurzaam protocol te registreren, digitaliseren en ontsluiten.
Beide sporen van de tweesporenstrategie die de basis vormen voor de werking van de STCV mikken op een nauwere samenwerking tussen de VZW Vlaamse Erfgoedbibliotheken en de STCV-projectleider enerzijds en de erfgoedbibliotheken en hun medewerkers anderzijds. In plaats van een permanent team van STCV-projectmedewerkers dat van de ene collectie naar de andere trekt, zullen er tijdelijke teams worden samengesteld waarin de STCV-projectleider van de VEB en catalografen van de erfgoedbibliotheken samenwerken voor de verwerking van een bepaalde collectie in de STCV-databank. Een noodzakelijke voorwaarde is dan natuurlijk wel dat die catalografen vertrouwd zijn met de bibliografische methode van de STCV. Daarom organiseert de VZW Vlaamse Erfgoedbibliotheken om de vier jaar een vierdaagse workshop.
De eerste dag staat gewoonlijk volledig in het teken van het project management van de STCV. In een eerste sessie maken de deelnemers kennis met het project en de verwezenlijkingen van de afgelopen twintig jaar, gevolgd door een uiteenzetting van de toekomstplannen voor de STCV, waarin de opname van de STCV in de werking van de VEB en de tweesporenstrategie centraal staan.
Na de middag wordt dit alles een stuk concreter gemaakt. Aan de hand van het Vademecum voor een STCV-projectfase [8] lopen we de verschillende stappen in de voorbereiding en uitvoering van een samenwerking in het kader van de STCV over. Daarbij pakken we heel concrete vragen aan: welke middelen zijn er nodig? Wie doet precies wat? Welke formaliteiten moeten vervuld worden? Hoe worden selectielijsten best opgemaakt? We geven hierbij meer uitleg over de STCV-procedures, de samenwerking tussen de verschillende medewerkers, de voordelen van verwerking van collecties in de STCV, maar ook de organisatorische impact van deelname aan het STCV-project op de lopende werking van een bibliotheek.
Tijdens de volgende drie dagen dompelen we de deelnemers onder in een intensieve STCV-training. In opeenvolgende sessies komen theoretische uiteenzettingen aan bod over de verschillende onderdelen van het STCV-regelwerk. De focus ligt daarbij op de belangrijkste principes en op de punten waar de STCV-methode afwijkt van andere gangbare bibliografische beschrijvingsmodellen die door catalografen in de erfgoedbibliotheken worden gebruikt. Hoe wordt een titel correct getranscribeerd? Waar kan men gegevens over auteurs, drukkers, data en plaats van uitgave vinden? Hoe wordt de opbouw van een boek vertaald in een collatieformule? Wat is een vingerafdruk en hoe wordt die samengesteld? Welke STCV-descriptoren zijn er om inhoud en typografische kenmerken van edities te beschrijven? Welke noten worden er aan een STCV-beschrijving toegevoegd? Al deze vragen worden aan de hand van talrijke voorbeelden beantwoord.
Vervolgens gaan de deelnemers aan de slag met oude drukken om de STCV-methode in de praktijk te oefenen. Een zorgvuldige selectie van werken uit de collecties van de partnerbibliotheken ligt daarvoor klaar voor beschrijving. Het is dan aan de deelnemers zelf om de addertjes onder het bibliografische gras te ontdekken. Gewapend met de gedrukte [10] en digitale [11] STCV-handleiding, een potlood, loodveters en geodriehoekjes - onmisbaar voor het opnemen van de STCV-vingerafdruk - wordt getracht om zo volledig mogelijke STCV-beschrijvingen op papier te zetten. Dat betekent in het begin vooral veel bladeren en scrollen door de handleiding, terwijl de STCV-projectleider vragen beantwoordt. Stukje per stukje krijgen de beschrijvingen zo vorm, zodat nadien de afgewerkte beschrijvingen kunnen worden doorgeschoven naar de buurman of -vrouw voor controle.
De workshops van de afgelopen jaren waren zeker en vast een succes. Deze trend willen we dan ook verderzetten. Deelnemers zetten zo immers een stevige eerste stap gezet als STCV-beschrijver, waardoor het in de komende jaren bij samenwerkingsprojecten met de deelnemende erfgoedbibliotheken een stuk eenvoudiger zal zijn om in korte tijd lokale medewerkers tot tijdelijke STCV-medewerkers op te leiden. De lunch- en koffiepauzes bieden bovendien een ideale gelegenheid om van gedachten te wisselen over de werking van de vertegenwoordigde bibliotheken en om te polsen naar eventuele mogelijkheden om samen te werken in het kader van de STCV. Ook op deze manier is de STCV-workshop dus een goede eerste stap naar de opening van het tweede spoor van de toekomststrategie voor de STCV. We mikken op het begin van 2022 voor een nieuwe editie.
De STCV-databank is een voortdurend work in progress. Wij vullen de databank dagelijks verder aan met nieuwe editiebeschrijvingen en exemplaren die als dubbel aan bestaande beschrijvingen worden toegevoegd. De laatste jaren hebben we ook de selectiecriteria die bepalen of een editie al dan niet kan worden opgenomen sterk verruimd. In principe nemen we nu alle uitgaven die in Vlaanderen (inclusief Brussel) voor 1801 gedrukt werden of te koop werden aangeboden op in de databank.
De uitgebreide selectiecriteria betekenen niet dat we tijdens een STCV-projectfase in een bepaalde erfgoedbibliotheek steeds alle Vlaamse drukken uit de zeventiende en achttiende eeuw opnemen. De beperkte looptijd van elke projectfase en de grote omvang van bepaalde collecties maken het vaak noodzakelijk om per projectfase slechts een duidelijk afgebakend deel van de gehele collectie te verwerken. De voorbije jaren focusten we in verschillende collecties op de zeventiende eeuw. Ook hanteerden we soms een taalcriterium waarbij wel de Nederlandstalige en niet de anderstalige drukken konden verwerkt worden. Ten slotte kon bij sommige projectfases slechts een deel van het vooropgestelde corpus verwerkt worden. Het wegwerken van deze missing links is een prioriteit voor de STCV-werking in de komende jaren. Welk deel van de collectie er precies verwerkt is in de STCV-databank, verschilt dus van bibliotheek tot bibliotheek.
Sinds de tweede, herziene uitgave van de Handleiding voor de Short Title Catalogus Vlaanderen [10] uit 2005 hebben we de selectiecriteria die bepalen of een uitgave al dan niet wordt opgenomen in de STCV-databank grondig uitgebreid. De belangrijkste wijzigingen stippen we hieronder aan.
Sinds 2007 beschrijven we niet enkel zeventiende-eeuwse drukken. Het tijdscriterium werd met een eeuw uitgebreid zodat we alle drukken uit de periode voor 1801 kunnen opnemen. Ook werken die slechts gedeeltelijk of vermoedelijk uit deze periode stammen, nemen we op.
De STCV-databank bevat beschrijvingen van drukken die in huidig Vlaanderen (inclusief Brussel) werden gedrukt of te koop aangeboden. Anders dan voorheen nemen we dus ook werken met een dubbel impressum, wanneer een van de twee drukkersadressen niet tot dit grondgebied behoort, op. Dit is bv. het geval voor Franse drukken met een impressum dat verwijst naar een Brusselse boekhandelaar of boeken met op de titelpagina niet alleen een Noord-Nederlands drukkersadres, maar ook een Antwerps verkoopsadres. Zelfs wanneer dergelijke drukken al zijn opgenomen in de STCN maken we een nieuwe beschrijving aan, uiteraard met een referentie naar de STCN-beschrijving.
In de Handleiding [10] worden nog een aantal categorieën van drukken uitgesloten van opname in de STCV: de eenbladdrukken, de couranten en tijdschriften en de atlassen en verzamelingen gravures. Voor de twee eerste types werkten we ondertussen aanvullingen op het STCV-regelwerk uit, zodat deze ook kunnen ingevoerd worden. In de Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience beschreven we zo in 2009-2010 al enkele honderden eenbladdrukken met ordonnanties van de Antwerpse stadsmagistraat uit de periode 1600-1630. Uit dezelfde collectie voegden we ook een aantal jaargangen van de krant van Abraham Verhoeven, de Antwerpse krantenpionier uit het begin van de zeventiende eeuw, aan de databank toe.
Voor atlassen en verzamelingen gravures blijft de aanpak gehandhaafd: we nemen ze enkel op, indien ze typografische onderdelen bevatten. In dat geval krijgen deze onderdelen een exhaustieve beschrijving, terwijl de toegevoegde gravures enkel vermeld worden.
Op 1 maart 2023 bevatte de STCV-databank 55.416 exemplaren in 28.315 beschrijvingen. De tabel biedt een overzicht van alle bibliotheken waarvan exemplaren in de databank verwerkt werden.
Een beschrijving van elk van de Vlaamse collecties met exemplaren in de STCV kan je in de Collectiewijzer Erfgoedbibliotheken [3] vinden.
Plaats | Bewaarinstelling | Code STCV | Exemplaren | Selectie | Verwerking |
---|---|---|---|---|---|
Aarschot | Archief collegiale O.-L.-Vrouwekerk Aarschot [12] | AOLV-Aarschot | 1 | voor 1801 | |
Antwerpen | DIVA. Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant [13] | DIVA | 177 | voor 1801 | volledig |
Antwerpen | Erfgoedbibliotheek Hendrik Conscience [14] | EHC | 9650 | 1601-1700; 1501-1600 |
volledig; in verwerking |
Antwerpen | Ruusbroecgenootschap [15] | UA-RG | 5578 | 1601-1700 | in verwerking |
Antwerpen | Universiteitsbibliotheek [15] | UA-CST | 2820 | voor 1801 | volledig |
Antwerpen | Koninklijk Museum voor Schone Kunsten [16] | KMSKA | 175 | voor 1801 | volledig |
Antwerpen | ModeMuseum [17] | MOMU | 1 | voor 1801 | volledig |
Antwerpen | Museum Plantin-Moretus [18] | MPM | 2186 | voor 1801 | in verwerking |
Antwerpen | AP Hogeschool - Conservatorium [19] | AP-KC | 51 | voor 1801 | volledig |
Bottelare (Merelbeke) | Sint-Annakerk [20] | StA-Bottelare | 5 | voor 1801 | |
Brugge | Engels Klooster [21] | EK-Brugge | 12 | voor 1801 | in verwerking |
Brugge | Openbare Bibliotheek (Biekorf) [22] | OB-Brugge | 3264 | voor 1801 | volledig |
Dilbeek | Cultura Fonds [23] | CULTURA | 97 | voor 1801 | in verwerking |
Gent | Stadsarchief [24] | SA-Gent | 183 | voor 1801 | onvolledig |
Gent | Universiteitsbibliotheek [25] | UGENT-CB | 9478 | 1601-1700 | in verwerking |
Gent | Bisschoppelijk Seminarie [26] | BS-Gent | 10 | 1601-1700 | |
Hasselt | Bibliotheek Hasselt Limburg [27] | BHL | 2798 | voor 1801 |
volledig |
Heverlee | Norbertijnenabdij van Park [28] | AB-PARK | 1 | voor 1801 | |
Koksijde | Abdijmuseum Ten Duinen [29] | AMTD | 52 | voor 1801 | volledig |
Leuven | KU Leuven Bibliotheken - Bijzondere collecties [30] | KUL-BC | 3181 |
1601-1700; |
volledig; in verwerking |
Leuven | KU Leuven Bibliotheken - Maurits Sabbebibliotheek [31] | KUL-G | 5630 | 1601-1800 | in verwerking |
Leuven | M Leuven [32] | M-Leuven | 460 | voor 1801 | in verwerking |
Leuven | Stadsarchief [33] | SA-Leuven | 46 | almanakken | |
Lier | Stadsarchief [34] | SA-Lier | 102 | voor 1801 | volledig |
Mechelen | Aartsbisschoppelijk Archief [35] | AAM | 229 | liturgie | |
Mechelen | Stadsarchief [36] | SESA-Mechelen | 2851 | voor 1801 | volledig |
Meise | Plantentuin [37] | PM-JBM | 92 | voor 1801 | volledig |
Oudenaarde | Stadsarchief [38] | SA-Oudenaarde | 1485 | voor 1801 | volledig |
Postel (Mol) | Abdij van Postel [39] | AB-Postel | 4 | incunabels | in verwerking |
Tongerlo | Abdij van Tongerlo [40] | AB-Tongerlo | 4 | liedboeken | |
Turnhout | Begijnhofmuseum [41] | BEG-Turnhout | 387 | voor 1801 | volledig |
Turnhout | Corpus Christianorum [42] | CCBK | 37 | voor 1801 | volledig |
Turnhout | Nationaal Museum van de Speelkaart [43] | NMS | 10 | voor 1801 | volledig |
Turnhout | Stadsarchief [44] | SA-Turnhout | 2588 | voor 1801 | volledig |
Amsterdam, NL | Universiteit van Amsterdam, Bijzondere Collecties [45] | UvA-BBC | 46 | liedboeken, post-incunabels | |
Basel, CH | Universiteitsbibliotheek [46] | UB-Basel | 3 | ||
Bern, CH | Universiteitsbibliotheek - Bibliothek Münstergasse [47] | UB-Bern | 1 | incunabels | |
Brussel, BE | Algemeen Rijksarchief [48] | AR | 1 | divers | |
Brussel, BE | Koninklijke Bibliotheek, Brussel [49] | KBR | 225 | divers | |
Den Haag, NL | Koninklijke Bibliotheek, Den Haag [50] | KB-Nederland | 122 | liedboeken, (post-)incunabels | |
Dublin, IE | Trinity College Library [51] | TRINITY | 5 | divers | |
Enkhuizen, NL | Librije van Enkhuizen [52] | Lib-Enkhuizen | 26 | voor 1801 | in verwerking |
Erlangen, DE | Universiteitsbibliotheek Erlangen-Nürnberg [53] | UB-FAU | 9 | divers | |
Halifax, CA | University of King's College - King's Library [54] | UKINGS | 2 | divers | |
Keulen, DE | Erzbischöfliche Diözesan- und Dombibliothek Köln [55] | Dom-Koln | 5 | divers | |
Krakau, PL | Jagiellonian Library [56] | Jagiellonian | 5 | incunabels | volledig |
Krakau, PL | Library of the National Museum in Krakow [57] | MNK | 2 | incunabels | volledig |
Leiden, NL | Bibliotheca Thysiana [58] | THYSIANA | 1 | divers | |
Leiden, NL | Universiteit Leiden, Bijzondere Collecties [59] | UB-Leiden | 21 | divers | |
Londen, UK | The British Library [60] | BL | 54 | divers | |
Londen, UK | Dr Williams's Library [61] | DWL | 57 | divers | |
Londen, UK | Institute of Historical Research [62] | IHR | 24 | divers, voor 1801 | |
Londen, UK | Middle Temple Library [63] | MTL | 14 | divers | |
Los Angeles, CA, US | UCLA Library - Special Collections [64] | UCLA-SC | 1 | incunabels | volledig |
Luik, BE | ULiège - Bibliothèque ALPHA [65] | ULg-BGPL | 1 | divers | onvolledig |
Lyon, FR | Bibliothèque municipale [66] | BML | 15 | divers | |
Middelburg, NL | ZB Bibliotheek van Zeeland [67] | ZB-Middelburg | 2 | divers | onvolledig |
New York, US | Morgan Library & Museum [68] | MLM | 6 | (post-)incunabels | |
Nijmegen, NL | Universiteit Nijmegen, Bijzondere Collecties [69] | UB-Nijmegen | 54 | voor 1801 | |
Parijs, FR | Bibliothèque Mazarine [70] | MAZARINE | 194 | divers | |
Parijs, FR | Bibliothèque Nationale de France, Site François-Mitterrand [71] |
BNF | 47 | divers | |
Parijs, FR | Bibliothèque Sainte-Geneviève [72] |
GENEVIEVE | 5 | divers | |
Princeton, NJ, US | Princeton University Library [73] | PUL | 8 | incunabels | |
San Lorenzo de El Escorial, ES | Real Biblioteca del Monasterio de San Lorenzo de El Escorial [74] | RBME | 2 | divers | |
Santiago, CL | Biblioteca Nacional de Chile [75] | BNC | 3 | voor 1801 | |
Segovia, ES | Biblioteca de la Academia de Artillería [76] | BAA | 1 | divers | |
Providence, RI | John Carter Brown Library [77] | JCB | 10 | divers | |
Udine, IT | Biblioteca Civica 'Vincenzo Joppi' di Udine [78] | BCU | 31 | divers | |
Utrecht, NL | Universiteit Utrecht, Bijzondere Collecties [79] | UU-BBC | 2 | ||
Vaticaanstad, IT | Biblioteca Apostolica Vaticana [80] | BAV | 17 | incunabels | |
Washington, D.C., US | Folger Shakespeare Library [81] | FOLGER |
731 |
1601-1700 | volledig |
Washington, D.C., US | Library of Congress [82] | LOC | 15 | (post-)incunabels | |
Wenen, AT | Österreichische Nationalbibliothek [83] | ONB | 1 | divers |
Om een omvangrijk bibliografisch project als STCV. De bibliografie van het handgedrukte boek op een verantwoorde manier te ontwikkelen, is een degelijke methodologische onderbouw nodig. Niet alleen de uitgebreide bibliografische beschrijvingsregels als basis maar ook de strikte organisatie van de verwerking van exemplaren in de databank moeten garanderen dat de STCV aan hoge kwaliteitseisen voldoet. Alleen zo kan de databank op lange termijn verder uitgebouwd worden tot een instrument dat de Vlaamse erfgoedcollecties op een hoogwaardige manier ontsluit en bovendien diepgaand wetenschappelijk onderzoek van het gedrukte Vlaamse erfgoed mogelijk maakt. In onze digitale handleiding [11] vind je hierover alle informatie.
Toen het STCV-project in 2000 werd opgestart, werkten Nederlandse bibliografen al meer dan twintig jaar aan de Short Title Catalogue Netherlands. Het was dan ook vanzelfsprekend dat dit Nederlandse project model stond voor de methodologische uitbouw van de STCV. Twee STCV-projectmedewerkers kregen een grondige opleiding in de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag en brachten de STCN-methode mee om er in Vlaanderen mee aan de slag te gaan. Het beschrijvingsmodel en het regelwerk werd nagenoeg ongewijzigd overgenomen. Een aantal belangrijke verschillen die hieronder worden opgelijst, zijn vooral het gevolg van de technologische vooruitgang en de verbeterde software voor elektronische databanken.
Op exemplaarniveau worden systematisch drie kenmerken aangegeven: (1) convoluut, (2) onvolledigheid en (3) bindfouten. Ook andere relevante exemplaarinformatie wordt opgenomen.
De kwaliteit van de STCV-beschrijving is niet alleen afhankelijk van de volledigheid van het regelwerk, maar vooral ook van de manier waarop we dit regelwerk gebruiken bij het beschrijven van nieuwe edities en exemplaren in de STCV-databank. De door de STCV gevolgde procedure steunt op een aantal basispunten die erop gericht zijn om fouten zoveel mogelijk uit te sluiten.
Naast meer vertrouwde bibliografische gegevens zoals titels, auteurs, drukkers, uitgevers en dergelijke meer bevatten de STCV-beschrijvingen ook een aantal minder gekende elementen. Vooral de vingerafdruk roept wel eens vragen op bij gebruikers. Daarom volgt hier een korte toelichting. De meer gedetailleerde uitleg vind je in onze digitale handleiding [85].
De vingerafdruk is een unieke identificatieformule die wordt opgesteld voor elke editie die in de databank beschreven wordt. Aan de hand van deze formule kunnen bijvoorbeeld zeer sterk gelijkende, maar toch verschillende edities van elkaar onderscheiden worden of kan een boek waarvan de titelpagina ontbreekt via identificatie van de vingerafdruk toch als een exemplaar van een al beschreven editie geïdentificeerd worden. Er zijn verschillende methodes om een dergelijke identificatieformule op te stellen. De STCV past de methode toe die voor de STCN ontwikkeld werd en die ondertussen op meer dan overtuigende wijze haar degelijkheid en gebruiksvriendelijkheid heeft bewezen.
De vingerafdruk maakt gebruik van de signaturen die in handgedrukte boeken onderaan de bladzijden aan de recto-zijde terug te vinden zijn. Deze signaturen duiden aan tot welke katern een bepaald blad behoorde en welke plaats het blad in de katern had. Ze bestaan daarom meestal uit een (letter)teken gevolgd door een cijfer. Signatuur 'C3' wijst er bv. op dat het blad het derde blad is van de C-katern. Om de vingerafdruk te bepalen, wordt op verschillende plaatsen in het werk gemeten welke (letter)tekens er onmiddellijk boven deze signaturen zijn afgedrukt. Waar deze metingen moeten gebeuren, wordt bepaald door het regelwerk. De plaats van opname wordt aangegeven door een indicator. Deze combinaties van indicator, signatuur en de (letter)tekens worden in een vaste vorm weergegeven en voorafgegaan door een jaar-formaat-code die het publicatiejaar en het bibliografische formaat van de editie samenvatten. Zo verkrijgt men een formule met een vaste vorm die eenvoudig vergeleken kan worden met nieuwe exemplaren die aan de databank moeten worden toegevoegd.
170404 - # b1 A2 co : # b2 Q3 hem.
Zulke vingerafdruk vind je terug in een STCV-beschrijving na het hoofdje 'Vingerafdruk'. Hoe kan je dit nu lezen?
De jaar-formaat-code vooraan geeft aan dat het om een editie gaat uit 1704 (1704) die gedrukt werd in quarto-formaat (04). Elke opgemeten combinatie wordt in de STCV (niet in de STCN) om technische redenen voorafgegaan door een '#' dat verder van geen belang is. Het voorbeeld heeft dus twee combinaties. De indicator 'b1' verwijst naar de eerste signatuur van het hoofdwerk van een boek. Daar staat dus de signatuur 'A2' en net boven deze signatuur staan de letters 'co'. Een tweede combinatie werd opgemeten op het laatste gesigneerde blad van het hoofdwerk (indicator 'b2'). Daar staan net boven de signatuur 'Q3' de letters 'hem'.
Een gedetailleerde uiteenzetting van het STCV-regelwerk vind je op twee manieren. Enerzijds kan je beroep doen op de uitgeschreven Handleiding voor de Short Title Catalogus Vlaanderen [10] en anderzijds kan je terecht op de Engelstalige digitale handleiding [11].
Daarnaast publiceerden STCV-projectmedewerkers in de afgelopen jaren een aantal artikels en bijdragen die niet alleen handelen over de aanpak en de methode van de STCV maar ook tonen hoe gegevens uit de STCV in (boek)historisch onderzoek kunnen gebruikt worden. Van 2004 tot 2008 verscheen de STCV Nieuwsbrief waarin verslag werd gedaan van de voortgang van het project. Ook verschillende andere auteurs schreven hun visie op het project neer. Ten slotte vind je ook een lijst met links naar andere bibliografische projecten, elektronische databanken en websites die regelmatig geconsulteerd worden door de STCV-projectleider.
Het regelwerk dat door STCV-medewerkers gevolgd wordt om nieuwe editiebeschrijvingen aan de databank toe te voegen is vastgelegd in de STCV-handleiding. De verschillende hoofdstukken behandelen tot in de kleinste details alle onderdelen van de STCV-beschrijvingen. Een eerste uitgave [86] werd in 2001 enkel verspreid voor intern gebruik. De tweede, herziene uitgave [10] werd in 2005 gepubliceerd en was lange tijd de geldende norm voor het STCV-beschrijvingswerk.
Van tijd tot tijd rijzen er tijdens het beschrijvingswerk vragen die niet of onvoldoende beantwoord worden in de geschreven STCV-handleiding. In overleg wordt er dan gezocht naar de meest geschikte oplossing. Deze worden ook verzameld zodat in de toekomst terugkerende problemen steeds op dezelfde manier worden aangepakt en de samenhang van de databank gegarandeerd wordt. In 2007 werden een aantal van deze bijkomende regels en verduidelijkingen samengebracht in een eerste aanvulling op de STCV-handleiding [87].
Sinds 2015 kan je beroep doen op een Engelstalige digitale handleiding: The STCV Method [11]. Deze handleiding bestaat uit drie delen:
Van 2004 tot en met 2008 verschenen er in totaal twaalf nummers van de STCV Nieuwsbrief. Een archief met de elektronische versies kan je hieronder raadplegen.
Sinds 2010 is het nieuws over het STCV-project opgenomen in de elektronische nieuwsbrief van de VZW Vlaamse Erfgoedbibliothek [100]en. Bovendien bestaat er ook een Facebookpagina [101] sinds 2013 en een Twitteraccount [102] sinds 2021, waarop frequent nieuwtjes verschijnen.
De gevleugelde schildpad vliegt gestaag verder [103]." De Boekenwereld 34, no. 3 (2018): 20-25. "
The STCV Method. A Practical Framework for Analytical Bibliography of Hand Press Books [104]. Antwerpen: Vlaamse Erfgoedbibliotheek, 2015.
De bibliografie van het handgedrukte boek in Vlaanderen. Short Title Catalogus Vlaanderen [105]. Antwerpen: Vlaamse Erfgoedbibliotheek vzw, 2014.
De Mechelse drukpers voor 1800 [106]." Jaarboek voor Nederlandse boekgeschiedenis 16 (2009): 131-150.
"Romein en gotisch in zeventiende-eeuws drukwerk. Een voorbeeldonderzoek voor het gebruik van de STCN en STCV [107]." De Zeventiende Eeuw 22, no. 2 (2006): 283-297.
"Short Title Catalogus Vlaanderen [108]." lib.UGent.be. Nieuwsbrief van de Universiteitsbibliotheek Gent (2006).
"Van Impe, Steven. "Honderd boeken uit 1621 in de Short Title Catalogus Vlaanderen [109]." Handelingen van de Koninklijke Zuid-Nederlandse Maatschappij voor Taal- en Letterkunde en Geschiedenis LX (2006) (2006): 151-180.
Systematiek, samenwerking en duurzaamheid: sleutelbegrippen van het STCV-project [110]." Bibliotheek- & archiefgids 81, no. 6 (2005): 35-38.
"Ergebnisse des Short Title Catalogus Vlaanderen: die erste Phase (2000-2003) [111]." Kirchliches BUch- und Bibliothekswesen 5 (2004): 227-249.
"De STCV Nieuwsbrief: een veelzijdig instrument voor publiekswerking in de sector van het oude boek [112]., 2005.
Adresboek. Zeventiende-eeuwse drukkers, uitgevers en boekverkopers in Vlaanderen [113] In Uitgaven van de Vereniging der Antwerpse Bibliofielen. Vierde reeks, Edited by Koen De Vlieger-De Wilde. Vol. 1. Antwerpen, 2004.
De Short Title Catalogus Vlaanderen. Voorstelling van een veelzijdig onderzoeksinstrument [114]." Jaarboek van de Provinciale Commissie voor Geschiedenis en Volkskunde XIV (2004): 233-254.
"De Short Title Catalogus Vlaanderen. Voorstelling van een veelzijdig onderzoeksinstrument [115]." In Boekgeschiedenis in Vlaanderen. Nieuwe instrumenten en benaderingen. Handelingen van het Contactforum gehouden te Brussel, 28 november 2003, edited by Pierre Delsaerdt and Koen De Vlieger-De Wilde, 15-32. Brussel, 2004.
"STCV: typografisch erfgoed on line [116]." Ex officina 16, no. 2 (2003): 1.
"The Short Title Catalogus Vlaanderen (STCV): The Bibliography of Seventeenth-Century Books in Flanders [117]." Quaerendo 33, no. 3-4 (2003): 336-354.
"De Short Title Catalogus Vlaanderen (STCV): de bibliografie van het zeventiende-eeuwse boek in Vlaanderen [118]." De Gulden Passer 81 (2003): 201-217.
"Grey areas in book historical research. Can international co-operation offer a practical solution? [119]" In Books beyond frontiers: the need for international collaboration in national retrospective bibliography (CERL Papers III), edited by David J. Shaw., 2003.
"STCV on line [120]." VVBAD Info (2003).
"De STCV: aanpak en eerste resultaten [121]." Informatiebulletin van de Koninklijke Bibliotheek van België (2000).
""STCV 1000 nieuwe afbeeldingen rijker dankzij Stadsarchief Turnhout [122]." Vlaamse stam : tijdschrift voor familiegeschiedenis 57, no. 1 (2021): 112.
Twintig jaar STCV [123]." META. Tijdschrift voor bibliotheek & archief, no. 8 (2020): 16-20. "
'Gedrukte Stad'. STCV en de Stedelijke Erfgoedbibliotheek Mechelen [124]." Info. Mededelingenblad van de Vlaamse Vereniging voor Bibliotheek, Archief en Documentatie 36 (2010): 8-13. "
Kortetitelcatalogi of kortetitelbibliografieën? De STCV en de STCN onder de loep [125]." De boekenwereld 22, no. 5 (2006): 358-365.
"Lettre de Flandre: l'inventaire descriptif des éditions du XVIIe siècle [126]." La revue générale 139, no. 1 (2004): 86-89.
"De user tasks van de STCV doorgelicht: worden de aanbevelingen van de FRBR toegepast? [127]. Antwerpen, 2004.
Bibliopolis, the Memory of the Netherlands, and the Dutch and Flemish STCV projects [128]." In European cultural heritage in the digital age: creation, access and preservation (CERL-seminar,. Sint-Petersburg, 2003.
"Een Short-Title Catalogus voor Vlaanderen [129]." Bibliotheek- en archiefgids 74, no. 4 (1998): 154-159.
"Short Title Catalogus voor Vlaanderen [130]." Taalschrift 5, no. 3 (1997): 21-24.
"Short-Title Catalogue Netherlands [142]. Den Haag: Koninklijke Bibliotheek, s.a.
Das Verzeichnis der im deutschen Sprachraum erschienenen Drucke des 17. Jahrhunderts [143]., s.a.
English Short Title Catalogue [144]., s.a.
Universal Short Title Catalogue [145]., s.a.
Biblia Sacra [146]., s.a.
Consortium of European Research Libraries [147], s.a.
Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie [148]., s.a.
Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren [149]., s.a.
Biographisch-Bibliographisches Kirchenlexicon [150]., s.a.
Early Printed Books: resources for learning and teaching [151], Sarah Werner
Book History Online [152]., s.a.
Kroniek van het gedrukte boek in de Nederlanden tot 1940 [153]., 2007.
CERL-Thesaurus [154]., s.a.
Vlaamse Werkgroep Boekgeschiedenis [155]., s.a.
Nederlandse Boekhistorische Vereniging [156]., s.a.